De Raad door den President geconvoceert zijnde waren alle de Leden
tegenswoordig, uitgenomen het Lid der Raad Klaas Bronsema
die hierin door ziekte werd verhinderd.
Tengevolge Art 10 van het Reglement van Policie en Tucht voor
Kolonisten Huisgezinnen, behorende bij de Resolutie der Permanente
Commissie van Weldadigheid van den 8 July 1829 N. 19 Zoo zijn de
beide leden der Raad Klaas Bronsema en Benno Willems
Dirkland door den President voor die waarneming bedankt.
Den Adjunct Directeur alhier van het Gesticht als voorzitter heeft
krachtens gemeld Art. voor dit dienstjaar aan de Leden voorgesteld
en is bij meerderheid van stemmen benoemd voor dit dienstjaar den
Arbeider Pieter Karel van Gemert en weder ingekoomen Benno
Willems Dirkland.
Naar dat de twee nieuw benoemde Leden mede Zitting hadden genomen
was door den President ter tafel gebragt eene bij hem ingekomen
aanklagt tegen den Bedelaars Kolonist Pieter de Haan
wegens beledigende uitdrukkingen tegen den wijkmeester M.
Huisman in bij zijn van den opziener D. Wiemes.
De raad heeft deze getuigen gehoord die de aanklagte van M.
Huisman bevestigde en hij den leider geweigerd heeft te
gehoorzamen.
Vervolgens heeft de Raad den aangeklaagde doen binnen staan om hem
ten deze te horen-
hij bekende dat de aanklagt conform de waarheid was, doch zulks
was geschied in eene te verregaande en zijne gebezigde
uitdrukkingen van belediging tegen den wijkmeester gedaan hem
berouwden- daar er dus niets ter zijner Verschoning was bij te
brengen heeft de raad hem doen buiten staan om over de hem op te
leggen straf te delibereren.
Daar de aangeklaagde Art 2 van genoemd Reglement heeft overtreden
vervat sub La …..?
“weigering van gehoorzaamheid aan, onbescheidenheid jegens, of wel
dadelijk verzet tegen een van de koloniale ambtenaren” waar op de
straf bij Art 3 is bepaald
“Opsluiting van drie tot acht dagen in de strafkamer, naar gelang
der omstandigheden, van hem, die zich voor de eerste maal aan de
misdrijven onder La a tot g vermeld heeft schuldig gemaakt.
2e Verplaatsing voor een onbepaalden tijd naar de kolonie
aan de Ommerschans van hem die zich andermaal aan de verkeerdheden
schuldig maakt enz.”-
De raad heeft naar aanlijding hier van den aangeklaagde bij
meerderheid van stemmen gecondemneerd tot opsluiting voor vier
dagen in de strafkamer.
Verlangende de Raad dat aan dit vonnis onverwijld executie worde
gegeven, waar van Proces Verbaal is opgemaakt, den gecondemneerde
hebbende doen binnen staan is dit vonnis hem voorgelezen.
Zijnde dit Proces verbaal door alle de Leden der raad met den
President ondertekend.
Gedaan te Veenhuizen 1e Gesticht den 6. January 1838
Poelman, pres
Textor
Kuipers, ond
B. Dirkland
P.K. van Gemert
L. Coelen, secr
Notities bij het zittingsverslag