Present
C. W. Rensing, Presdt
Leden van den Raad: A. Textor, G. Kuipers, B. W. Dikland, R. S.
Hunia
J. F. Morriën, secrt
De Raad te zaâm geroepen zijnde wordt door den Voorzitter geopend.
Wordt voorgenomen de desertie van Gerrit Broodbakker (N
294 Bis), zoon uit het hulpbehoevende huisgezin van dien
naam, die op den 3 Mei jl. het gesticht heeft verlaten en op den
23 Mei daar aanvolgende, uit eigen beweging in het zelve is terug
gekeerd.
Hij was in het bezit van een bewijs van den Burgemeester van Schokland
alwaar hij armlastig is, waar in deze hem vergunde met verlof te
mogen gaan, doch de plaatselijke Directeur heeft in kennisse van
den Heer Directeur der Koloniën, dit verlof geweigerd, op grond,
dat de Koloniale werkzaamheden als ook het huisgezin zijner
ouders, zijne afwezigheid niet gedoogden.
Gezien Art 4 sub 2 van het reglement van Tucht voor Arbeiders
huisgezinnen
Wordt besloten
De jongeling Gerrit Broodbakker te straffen met opsluiting
in de strafkamer voor den tijd van 8 dagen, om den anderen dag te
water en brood.
De Raad wordt gesloten.
Aldus opgemaakt op datum als in hoofd dezes vermeld en
onderteekend door
(was get) C. W. Rensing President
Leden van den Raad: A. Textor, G. Kuipers, B. W. Dikland, R. S.
Hunia
J. F. Morriën, secretaris
voor copie conform
De Secretaris
J. F. Morriën
Notities bij het zittingsverslag