Besluit van de permanente commissie van 6 september 1828 N3 houdende schikking met de marktgenoten van Vaarsen


Drents Archief, toegang 0186, invnr 961 mapje 1828

De Permanente Kommissie,

Gezien het rapport van den Onderdirecteur, omtrent eene voorloopig, onder nadere goedkeuring der Kommissie, door den Onderdirecteur van de Ommerschans buiten namens de Maatschappij op eene bijeenkomst van de belanghebbenden in de Markte van Vaersen, aangegane schikking, met de overige Marktgenooten der gemelde Markte, wegens eene in 1824 gedane schutting van schapen der Maatschappij, welke vervolgens onder storting van borgtogt, weder zijn ontslagen.

Overwegende, dat, aan de eene zijde, het getal in de Markte geweide schapen inderdaad grooter schijnt geweest te zijn dan de gewaardheid der Maatschappij daartoe regt gaf, doch dat, aan de andere zijde, de schutting en bewaring dier schapen op eene geheel onwettige wijze schijnt geschied te zijn.

Overwegende, dat in dien stand der zaken, waarin wederzijds vergoedingen zouden kunnen gedoteerd worden, de ontworpen schikking waarvan de strekking is om de helft der gestorte borgtogt ter somma van een honderd vijftig guldens aan de Maatschappij terug te geven en de andere helft voor vergoeding in kosten aan de overige Marktgenooten aftestaan, billijk kan geoordeeld worden.

Heeft besloten:

De door gemelde Onderdirecteur aangegane schikking te approberen en mitsdien met de teruggave van vijf en zeventig guldens genoegen te nemen en de overige vijf en zeventig guldens aan de Marktegenoten van Vaersen voor vergoeding in onkosten aftestaan.


In invnr 961 bevindt zich ook een kladje van dit besluit, met nagenoeg dezelfde tekst.