Naar het overzicht
van stukken over FENNER





Overzicht van de stukken die de ontslagen onderdirecteur Fenner op 14 februari 1823 aan de permanente commissie stuurt

Op 14 februari 1823 stuurt de gewezen onderdirecteur Fenner vanuit het huis Jagdlust bij Dalfsen een pak papier naar de permanente commissie. Bij het scannen is dat nogal verspreid geraakt en bevindt het zich in invnr 64 de scans 134-137, 163-164, 287-291, 321-325, 326-341 en 351-358, met één gedeelte in invnr 63 scans 497-498. Hieronder een overzicht van de stukken die deel uitmaken van zijn zending, waarbij ik ze zoveel mogelijk in de oorspronkelijk bedoelde volgorde heb gezet.

1) Het belangrijkste stuk is een verzoekschrift, waarin Fenner verlangt in zijn oude functie hersteld te worden, invnr 64 scans 351-353. Het draagt als titel 'Verzoekschrift van K.F.L. Fenner, geweezen Onder-Directeur der kollonie de Ommer­schanz an de Permanente Kommissie der Maadschappij van Welda­digheid in den Haag' en staat afgedrukt op deze pagina.

2) Daarbij gevoegd is een kleine verontschuldiging voor zijn schrijfstijl als gevolg van lichamelijke klachten, invnr 64 scan 291, afgedrukt op deze pagina.

Bij het verzoekschrift horen:

- '1) Verhaal eener anmerkingswaardigen disci­pline', invnr 64 de scans 354-355, over diefstal door twee jonge strafkolonisten in juni 1822,

- '2) Verhaal eener niet minder anmerkings­waardigen handelwijs', invnr 64 scans 355-357, over de eerste vrijlating van strafkolonisten op 14 augustus 1822, en

- '3) Verhaal van kundigheid in den landbouw', invnt 64 scans 357-358, over een mislukte verkoop van aardappelen in juli 1822.

Verder zijn bijgevoegd:

3) Een klaagschrift dat adjunct-directeur Hoff hem vanaf zijn komst in mei 1822 niet correct behandeld heeft, invnr 64 de scans 287-290, met daarin onder meer beschrijvingen van de strafexercities tegen bedelaars en strafkolonisten.

4) Kopietjes van een briefwisseling in januari 1821 tussen Fenner en de adjunct-directeur Visser, die op dat moment met verlof in Sliedrecht is. De brief van Fenner van 20 januari is invnr 64 scans 134-137, het antwoord van Visser op 26 januari is invnr 64 scans 163-164. Dit heb ik ondergebracht bij januari 1821.

5) Een verweer tegen de aanklacht van Hoff, met een beschrijving van de gebeurtenissen rondom werkweigeraarster Rayé en van zijn chaotische vertrek van de schans, invnr 64 scans 321-325, getiteld:
'Verandwoording van den gepensio: Lieut: Fenner geweezen Onder-Directeur der kollo­nie de Ommerschanz tegen eene anklagte gedaan door den WEdel­Gest. Heer Capitain van Hoff, Adjunct Directeur der kollonien 1ter klasse an de Achtbaare Permanente Kom­missie der Maadschappij van Weldadigheid in Den Haag'.

6) Een kopie van een brief van 4 december 1822 van Fenner aan Johannes van den Bosch na het vernemen van zijn ontslag. Dit stuk is bij het scannen in een ander invnr terechtgekomen, invnr 63 de scans 497-498.

7) Extracten uit het Boek van Verandwoording uit juli-augustus 1822, invnr 64 scans 326-340

Uit de samenvatting op invnr 64 scan 341 blijkt dat de permanente commissie op 19 februari 1823 bij artikel 26 besluit het pak door te sturen naar Johannes van den Bosch. Dat gebeurt op 24 februari en Van den Bosch geeft het ook te lezen aan adjunct-directeur Hoff. Daarop volgen de reacties van beide heren..