Aankomst
Kampen draagt het gezin van Hendrik Femer en Femmetje Schenkels voor op 5 december 1823, invnr 67 scans 526-527. Zie bovenaan de pagina hoe de scans te bereiken zijn.
De permanente commissie van de Maatschappij van Weldadigheid
accepteert de voordracht, waarin Kampen wijselijk niet de leeftijd
van de kandidaat noemt, zie designatie 95 in het designatieregister
1823. Het gezin komt op 4 januari 1824 in Veenhuizen aan
en ze beginnen in woning 39 van het eerste gesticht.
Per 16 april 1825 gaan ze over naar het tweede gesticht
woning 19 en daarna naar het derde gesticht woning 50. Ze staan
dan in het stamboek van het derde gesticht met invnr 1572 op scan
109.
Van die inschrijving en latere inschrijvingen neem ik de
gezinsgegevens over, met de kanttekening dat de
kolonieadministratie slechts de aantekeningen zijn van een
particuliere organisatie en dus geen officiële bron waarop
blindgevaren mag worden.
Gezinssamenstelling
● Hendrik Femer is volgens de kolonieadministratie
geboren op 25 juli 1762. Maar ik werd getipt dat bij zijn huwelijk
in 1816 een bewijs van zijn doop op 15 april 1766 zit. Dat scheelt
bijna vier jaar, maar dan nog is hij verreweg de oudste
arbeiderskolonist. Hij is, evenals de kinderen Luthers, terwijl
zijn echtgenote hervormd is:
● Femmetje Schenkels is geboren 12 of 17 april
1784. Het echtpaar komt aan met één zoon uit een eerder huwelijk
van Hendrik Femer (een dochter uit dat huwelijk komt niet mee en
blijft in Kampen) en drie eigen kinderen:
● Willem Femer, geboren in 1809,
● Jan Femer, geboren in 1818,
● Hendrik Femer, geboren 6 september 1820,
● Arend Femer, geboren 24 november 1822.
Op het eerste gesticht komt daar bij:
● Aaltje Femer, geboren 15 februari 1825.
Hoevenaar
Ondanks zijn leeftijd blijkt Hendrik Femer een van de beste
landarbeiders en per 10 december 1826 wordt hij bevorderd
tot hoevenaar (ook wel aangeduid als landbouwer of bouwboer) op
een van de grote boerderijen op het land rond de gestichten te
Veenhuizen. Vanaf dat moment staat het gezin in de stamboeken van
hoevenaars (daarvan zijn merendeels geen scans) met de invnrs
1368, invnr 1572 (scan 143), 1581 en 1582.
Daarin de volgende mutaties:
Op 22 maart 1827 vertrekt Willem Femer met
ontslag.
● Op 29 april 1827 wordt geboren Teime Femer.
Administratief foutje
Op 8 november 1828 overlijdt vader Hendrik Femer, volgens
de overlijdensakte dan 69 jaar oud en geboren in Bijleveld,
waarmee ze waarschijnlijk Bielefeld bedoelen. Echter, in de
stamboeken wordt zoon Hendrik Femer door een niet al te oplettende
klerk doorgestreept en blijft vader Hendrik Femer gewoon staan!
Op 10 oktober 1836 wordt het gezin teruggeplaatst naar de
arbeiderswoningen. Ze staan nu in het stamboek van
arbeidershuisgezinnen met invnr 1574. Hier zien de klerken het
licht. Ze melden dat het gezinshoofd al in 1827 (fout: moet zijn
1828) overleden is 'waarvoor toen abusievelijk genomen is de zoon
Hendrik; dit is alsnu gedresseerd als zijnde het hoofd des gezins
geroyeerd en de zoon Hendrik opnieuw gebragt'.
Er schijnt een besluit over genomen te zijn op 5 januari 1837
onder agendapunt N30.
Leegloop
De net weer in de stamboeken opgenomen Hendrik Femer junior
kan daarna weer worden doorgestreept want hij is op 28
februari 1838 'van verlof achtergebleven'. Maar 1 juni 1838
is hij weer terug. Daarna gaat hij 1 mei 1839 in militaire
dienst.
Daar is broer Jan Femer een jaar eerder, 1 mei 1838,
al ingegaan. Hij keert 1 februari 1840 terug. Daarna gaat
hij op verlof en daarvan keert hij niet terug op 28 februari
1843.
Arend Femer gaat 31 juli 1842 in militaire dienst.
Hij is 6 september 1842 weer terug. Daarna gaat hij weer
onder de wapenen op 28 februari 1843.
Aaltje Femer gaat 6 juni 1846 uit huis als ze
trouwt met Nicolaas Visser, zoon van de proefkolonist maar nu
arbeider Klaas Visser.
Ze trekken voorlopig bij Aaltjes schoonouders in (scan 50 van
invnr 1574)
Tieme Femer gaat de wijde wereld in op 8 april 1848.
Tot slot
Dan zijn alle kinderen het huis uit. De weduwe Femer woont een
jaartje alleen in de arbeiderswoning, dan komt ze in een verzorgde
omgeving.
Nicolaas Visser wordt per 28 juli 1849 bevorderd tot hoevenaar en het gezin, met Aaltje Visser-Femer, hun zoon Hendrik, geboren 31 maart 1847, en Femmegien Schenkels weduwe Femer gaat naar de boerderij met nummer 6. Invnr 1583 folio 31 (geen scans). Daar overlijdt Femmegien Schenkels op 27 december 1856.