Henricus Kurvers, een weduwnaar als arbeiderskolonist, daarna smid op de Ommerschans en dan weer arbeider

Arbeidershuisgezinnen wonen in de woninkjes aan de buitenkant van de drie gestichten te Veenhuizen. Zodra er een etablissement gereed is, verdeelt de permanente commissie de woningen onder de meest ijverige subcommissies van weldadigheid. Eind 1825 zijn er nog plekken te vergeven in het tweede etablissement, waarvan de zalen aan de binnenkant sinds mei van dat jaar worden bewoond door bedelaars.

Moordrecht
Als de subcommissie van weldadigheid te Rotterdam er eentje mag leveren, kiest ze voor een gezin uit Moordrecht, dat van Henricus of Hendrik Kurvers. Het wordt allemaal bijgehouden in het designatieregister, zie deze pagina en dan bij nummer 39. Op 3 november 1825 wordt het goedgekeurd en op 5 december komen ze aan.

Volgens het designatieregister in het tweede gesticht op woning 82, maar ik tref ze aan in het register van het derde gesticht te Veenhuizen met invnr 1572 (zie bovenaan de pagina hoe zulke invnrs te bereiken) en vul rechtsonder het scannummer 130 in. Derde Etablissement woning 82 doorgehaald, woning 13 doorgehaald en dan woning 62. Volgens de notitie rechts zijn ze naar woning nummer 62 gegaan op 22 november 1827.

Gezinsgegevens
Vanuit dit register neem ik de gezinsgegevens over. Het eerste dat we zien is dat de opgaaf van Rotterdam '7 hoofden' niet klopt. Het is een weduwnaar met vier kinderen:

● Henricus Kurvers is volgens de op dat punt lang niet altijd betrouwbare kolonieadministratie geboren op 25 juli 1774, maar dat zal zijn doopdatum zijn. Hij is evenals de andere gezinsleden rooms-katholiek en hij heeft de volgende kinderen bij zich:

● Izabella Kurvers, geboren 24 april 1812, in een ander register heet ze 'Izabel',
● Maria Kurvers, geboren 31 december 1814,
● Wijnanda Kurvers, geboren 31 mei 1817, in een ander register heet ze Wijntje',
● Gijsbertus Kurvers, geboren 11 december 1818.

Naar ik begrijp heeft de familie één oudere zoon, Jacobus Kurvers, niet meegenomen. Maar die komen we nog wel tegen.

Naar de Ommerschans

De laatste aantekening in bovengenoemde register is dat het gezin 'den 21 september 1828 naar de strafkolonie' gaat. Inderdaad vind ik ze terug in het register van de strafkolonie 1825-1831 met invnr 1580. Daar zijn geen scans van, maar wel foto's op www.bonmama.nl/oswals.php. Kies 'spring naar eerste blad' en als dat gebeurd is, vul je bij 'record' 34 in om de eerste bladzijde van invnr 1580 te vinden.

Maar dat register is nogal een zootje. Nagenoeg alle geboortedata zijn verkeerd overgenomen en de aankomstdatum in de strafkolonie scheelt ook een jaar en het oude huisnummer klopt evenmin: '21 Sept 1827 is het huisgezin overgenomen van Veenhuizen 3e Etablissement N 97'.

Of ik nu 1827 moet geloven of 1828 weet ik niet, al lijkt mij het register met invnr 1572 betrouwbaarder. Maar belangrijker is dat duidelijk wordt dat ze helemaal niet voor straf naar de Ommerschans gegaan zijn en dat ze waarschijnlijk ook niet in het gebouwtje van de strafkolonie wonen.

Een baantje
Het probleem is dat er geen register voor arbeidersgezinnen op de Ommerschans is. Daarom worden mensen als Kurvers, en bijvoorbeeld ook de als veearts werkzame arbeiderskolonist Johannes Wilhelm uit arrenmoede geboekt in het register van strafkolonisten.

Maar Henricus Kurvers heeft er een baantje. Hij komt voor op de bewaard gebleven salarisstaten van de Ommerschans. Bijvoorbeeld invnr 96 scan 490, de week van 5 tot 11 april 1829, ontvangt hij aan salaris ƒ 3,75 in gewoon geld en ƒ1,25 in koloniale munt. Idem dito de week van 19 tot en met 25 april 1829, invnr 96 scan 749.

Maar wat dan?
Wat hij dan voor werk doet wordt duidelijk uit een brief van de directeur der koloniën, met nummer N1082, invnr 109 scans 279-280, van 18 oktober 1830 aan de permanente commissie:

Van de twee eerste punten in Uw Edelgestrenge missive van 29 September jl no.3 kennis genomende hebbende, heb ik de eer U Edelgestrengen op het 3e op te geven dat de smit Kurvers te Ommerschans wekelijks geniet f 3,75 in geld en f 1,25 in kaartjes en dat hij tijdens zijn verblijf in het 3e Gesticht te Veenhuizen, in de eerste helft des jaars 1828, doorgaande wekelijks f 4,25 verdienste maakte, waarvan hem f 3,50 werd uitbetaald en het overige ingehouden voor kleeding en reserve.

De Directeur der Kolonien,
J. van Konijnenburg

Terug naar Veenhuizen
Hij is dus smid. En blijkbaar dus in de tweede helft van 1828 overgeplaatst van Veenhuizen naar de Ommerschans. Dat hij geen echte strafkolonist is wordt bevestigd in het register van de strafkolonie 1832-1835 met invnr 1584. Daarvan zijn ook geen scans, maar wel foto's op www.bonmama.nl/oswals.php. Kies 'spring naar eerste blad' en als dat gebeurd is, vul je bij 'record' 42 in om de eerste bladzijde van invnr 1584 te vinden.

Daar staat 'Kurvers en gezin (5 hoofden) als arbeiders overgeplaatst naar Ommersch. Den 1 Februarij 1832.' Er wordt nu wel een apart register aangelegd voor arbeiders op de Ommerschans. Dat register bevindt zich in een ander gedeelte van invnr 1584 en daarvan zijn geen foto's en geen scans. Maar er staat: 'Kurvers en gezin naar Veenh 1 woning 54 den 1 Dec 1832.'

Het slot
Ze zijn weer terug en te vinden in het register van arbeidersgezinnen met invnr 1573, vul rechtsonder scannummer 47 in. Inderdaad: eerste gesticht woning 54. De inschrijving loopt door in het register met invnr 1574, en dan scannummer 41, en hier loopt het af.

Achtereenvolgens:
- 'Maria ontslagen 23 augustus 1836'
- 'Kurvers overleden 24 mei 1839' (bedoeld wordt Henricus)
- 'Kinderen Kurvers ontslagen 19 augustus 1839'

Bedelaar
Zijn ze dus allemaal lang en breed van de kolonie af? Je zou het zeggen, maar dan duikt die ene zoon op die in 1825 in Moordrecht was achtergebleven: op 4 juli 1859 wordt Jacobus Kurvers, geboren 17 april 1808 te Moordrecht, rooms, arbeider, het bedelaarsgesticht op de Ommerschans binnengevoerd vanuit Amsterdam.

Hij is 1.68 meter lang, heeft een vol 'aangezigt', bruin haar en bruine ogen, een kleine mond en een ronde kin. Hij overlijdt daar op 9 november 1859 (en was dus waarschijnlijk al ziek toen hij aankwam; een van degenen die het bedelaarsgesticht als hospice gebruikten). Hij staat met bedelaarsnummer 2615 ingeschreven in het transportdeel toegang 0137.01 invnr 446b scannummer 32.
 

Helemaal tot slot
Voor mensen die verder onderzoek willen doen, heb ik nog wat plekken waar de naam Kurvers vermeld zou moeten zijn, maar die ik zelf niet bekeken heb. Let op: de scannummers kunnen 1 of 2 schelen, dus als het niet klopt even naar voren en achteren bladeren.
invnr 155 scan 519:
invnr 160 scan 331
invnr 164 scan 016
invnr 179 scan 218
invnr 179 scan 339
invnr 185 scan 478
invnr 213 scan 317
invnr 257 scan 125
invnr 332 scan 663