Naar het overzicht
van stukken over de proefkolonie





Directeur Benjamin van den Bosch zoekt in februari 1819 naar mogelijkheden de mest voor de proefkolonie goedkoper te transporteren.

Onderstaande brief dd 2 februari 1819 van directeur Benjamin van den Bosch is gericht aan zijn broer Johannes, maar die heeft hem op het bureau van de Maatschappij afgeleverd, zodat die zich tussen de andere post in invnr 50 bevindt:

Frederiksoord den 2 february 1819

Ik heb mijn waarde broeder onzen onder opziender Daane uit Steen­wijk doen bij mij komen, die het transport van mest op de volgende voorwaarden wil aanneemen.

Voor ieder last mest zal aan hem worden betaald ƒ 1=.=., en voor het lossen en ontla­den van een vaartuig daaren boven ƒ 3=.=.- wanneer het een schip van 20 last is, en zo het groter zijn mogt naar evenree­digheid - zo dat van lossen en transport van Steenwijk naar herwaarts ƒ 1=3=. zou betaald worden.

De schipper uit Steenwijk die het transport van Am­sterdam wilde aannemen, is thans absent, maar heeft ƒ 2=.=. per last ge­vraagd, het geen mij te hoog voorkoomt, dewijl het last van transport op deeze wijze op ƒ 3=3=. komt te staan.

Die wij tot dus verre hebben ontvangen was echter nog oneindig hoger in t transport, maar kan hier niet tot maatstaf dienen.

De schipper Daane zou tevens tegen eene zeer kleine beloning het transport van andere goederen voor de kolonie surveilleren en de aanko­mende mest behoorlijk nazien, en zor­gen dat er geen bedrog plaats had.

Het spreekt van zelve dat alle onkosten, van vaartuigen etc. voor rekening der aannemers zijn zouden.

Misschien zou men te Amsterdam wel ac­coord met een schip­per treffen kunnen.

Het schip diende niet boven de 20 last groot te zijn, dewijl het vaarwater bij Blokzijl aan gro­ter schepen niet de passagie verleent, en de schippers dan op bedriegen toeleggen inge­val er onverhoopt geligt mogt moeten wor­den, zou meede voor rekening van den schipper zijn moeten.

Er is zeer weinig water op dit ogenblik.

Bij de inlading te Amsterdam zou beter moe­ten gesurvailleerd worden.

Adieu waarde broeder.

Ontvangt onze harte­lijk groe­ten, en zijt zo goed mij de besluiten der Kommissie op deeze wijze te doen toeko­men.


Met schippers die het 'op bedriegen toeleggen' wordt bedoeld dat ze lading in de Zuiderzee kieperen als het laag water is. Daartegen neemt Petrus Ameshoff maatregelen... (volgt nog)