Naar het overzicht
van stukken over de proefkolonie
Amsterdam 1 maart 1820
Zeer Geachte Vriend!
Gister heb ik hier gekregen een huishouding van Breda - Vermeulen
- voor de kolonie bestemd, zonder over de expeditie, daarvan
eenige order te hebben.
Dewijl de 2 vorigen aan mij door de P.K. geadresseert waren,
moet ik daaruit besluiten, dat zij van mij spoediger opgave der
kosten erlangende, liever deze zaak aan mij demandeert.
Ik wil wel voor de huisvesting alhier en de expeditie zorgen, mits het volgende goedgekeurd word.
1. Van de Permanente Komm. algemeene lijst te ontvangen, van de bestemde personen voor de kolonie, welke Amsterdam moeten passeren.
2. Deze personen door de subkommissien met geleidebrief (waarvan, om mij duidelijker uittedrukken, hier nevens een model voege) aan mij te adresseren, zodanig dat zij met open water (het schip dat gister moest vertrekken ligt in het ijs) des dingsdags of zaturdags, zoo veel mogelijk, bij mij komen.
3. Vracht voor ieder perzoon klein of groot 15 st. door mij hier te betalen tot Steenwijk.
4. Dagelijks kostgeld 24 uren gerekend, en gedeelte voor
een geheel. Als
man of vrouw of kind boven 16 jaar | 18 st. |
kind van 10 tot 16 jaar | 14 st. |
van 5 tot 10 jaar | 10 st. |
van 5 en beneden | 6 st. |
5. Tot de expeditie ieder perzoon een halfwitte of rogge brood, ½ pond kaas en 1 kruik bier.
6. De Perm: Komm: bepaald aan de subk. zoodanig de afreize dat ik slechts 3 huishoudens tegelijk krijge. (dit punt is doorgestreept)
7. De subkomm. moeten zorgen dat de kolon. ten minsten
geld voor een dag onderhoud hebben (ik kan uit de stad zijn) en
betaalt alles tot Amsterdam, hetwelk in de geleidbrief vermeld
staat.
Het is natuurlijk dat het gestelde zoms vermindering kan
ondergaan en dat ingevalle mijne aannemers, die altoos tot de
lagere volksklasse behooren, hun contrakt breken, men geen middel,
zonder veel onaangenaamheden zal hebben, hun tot het vervullen
daarvan te noodzaken.
Er is mij nog voorgekomen eene zaak van bezuiniging te zijn, dat
is, alle de brieven van Amsterdam aan de Perman. Komm. gerigt bij
mij tusschen 9 en 1 ure te doen adresseren, en wel Bergstraat
no.17. Dit zoude nog al wat port besparen.
Vd Vliet en andere Honor. en Korrep. leden, vragen mij dagelijks
wat hunne verpligtingen zijn, dit kan ik hun gemakkelijk
uitleggen, doch anderen vragen dit niet, en blijven werkloos.
Ik verzoek UWE alle deze zaken in overweging te nemen en
daarover het gevoele der Kommissie te willen inwinnen.
Minzame vriendschappelijke groeten.
J.J.
P.J. Ameshoff
Geleide-brief:
Voor de kolonisten bestemd voor de kolonie Frederiksoord.
De subkommissie der Maatschappij van Weldadigheid van de
Permanente Kommissie, ontvangen hebben in dato (1) 182
no. de toezegging van de plaatsing in de kolonie Frederiksoord
van (2)
en zijne vrouw (3)
benevens (4) kinderen zijnde oud (5)
heeft dezelve met schipper (6) heden naar Amsterdam
vertrekkende, gezonden tot den Heer wonende (7)
zijnde de vracht en alle onkosten tot Amsterdam, door hem
betaald en is hun daarteboven gegeven tot reispenning de som
van ten einde daarvan bij aankomst te Amsterdam
in de eerste behoeften te kunnen voorzien.
Uitnoodigende alle autoriteiten en subkommissien deze perzonen
bij derzelver doorreize alle hulp en bijstand en beschouwing in
geval van nood te verlenen.
Gegeven te op heden 182
Handtekening van (8)
De subkomm. voornoemd
1 datum brief kennisgeving vd Permanente Komm.
2 3 naam en voornaam voluit van man en vrouw
4 getal in schrift
5 ouderdom van ieder optegeven
6 naam schipper
7 gracht of straat
8 handtekening kolonist
N.B. Zodanig een model konde in de Star geplaatst worden, en de
subk. daar aan verwezen.
Daar, bij de opzending van huisgezinnen of personen naar
Frederiksoord, niet altijd die regelmatigheid plaats heeft, welke
alleen in staat is, den goeden uitslag hunne reize te verzekeren,
heeft de permanente commissie het noodig geacht, een model van
Reis- of Geleidebrief aan de sub-commissien, ten gebruike bij
zulke gelegenheden, aan te bieden, waarvan zij verzoekt, dat
dezelve zich voortaan eenparig bedienen; zullende het opstel in
de Star, no. 3, die met 1o april staat uit te komen, te vinden
zijn.
P. van Hemert, secretaris.