Jan Smies is geboren 23 maart 1802 te Hoek, als zoon van Jan
Smies en Levina Lamaire die december 1794 te Hoek met elkaar
getrouwd zijn. Vader Jan Smies is december 1810 overleden,
moeder Levina Lamaire is hertrouwd met Hubrecht de Ruiter.
Vooraf
Het begin van de koloniale geschiedenis van Jan Smies staat op
de pagina van de familie de Ruiter van 1818 tot 1825 en
vervolgens op de pagina vanaf
1825. Daar wordt vermeld dat hij op 29 juni 1827
met ontslag de koloniën verlaat.
Daarna gaat zijn verhaal verder op diverse plekken op deze
site, eerst op de pagina van
der Griend. Dat hier samengevat:
In het kort:
■ Hij trouwt 15 september 1827 met Jaantje van der
Griend.
■ Op 10 oktober 1827 wordt geboren zoon Jan Smies, die
voor het gemak verder wordt aangeduid als Jan Smies junior.
■ Op 17 januari 1830 wordt een volgend kind geboren dat
echter snel overlijdt en rond die tijd moet ook zijn echtgenote
overleden zijn. Vermoedelijk is het de Jantje van der Griend die
2 juli 1830 overlijdt te Rheezerveen, in de buurt van de
Ommerschans.
Waar woont die?
Ik heb steeds aangenomen dat tijdens dit huwelijk Jan Smies
woonde in een zelfgebouwde plaggenhut op het Nijenslekerveld,
maar uit een brief van de directeur dd 26 september 1835,
bovenaan op deze
pagina afgedrukt, blijkt hij ook bij de familie Krabshuis
inwonend te zijn.
Maar de directeur geeft daar geen concrete jaartalen bij. Ik
heb de indruk dat hij een beetje overdrijft om het voorgenomen
huwelijk gunstig voor te stellen. Het lijkt me niet erg
waarschijnlijk dat Jan Smies met vrouw en kind bij de
Krabshuisen woonde. Mij lijkt een zwervend bestaan - Nijensleker
veld, Rheezerveen - logischer.
Schutterij
Zoals in die genoemde brief gemeld trekt hij ten tijde van de
Belgische opstand uit met de schutterij. Volgens een lijst van
de Drentse Schutterij is Jan Smies in de maand november 1830
als 'Schutter' toegetreden en is hij in de maand juli 1833,
toen er al lang geen sprake meer was van gevechtshandelingen,
uit de schutterij ontslagen.
Ik neem aan dat de nog kleine zoon Jan Smies junior dan of bij
de weduwe Krabshuis of bij zijn grootmoeder Levina Lamaire,
echtgenote van Hubrecht de Ruiter, op de kolonie woont.
Huwelijk-2
Volgens de al eerder genoemde brief van de directeur van
september 1835 is Jan Smies senior na zijn terugkomst van de
schutterij weer bij de familie Krabshuis ingetrokken.
Daarna trouwt hij april 1836 met de weduwe Krabshuis en
trekken hij en zoon Jan Smies junior ook officieel bij dat gezin
in. Zie voor de periode 1836 tot 1840 op de pagina Krabshuis.
Alleen de ondeugendheden van Jan Smies junior staan daar niet
allemaal bij, dus die doe ik hier, deels dubbel:
De muur van het secreet
■ Bij de raad van toezicht van
Frederiksoord van 5 juli 1838, bijlage 11 op deze pagina,
moet de elf jaar oude Jan Smies junior verschijnen met nog drie
jongens, op de beschuldiging 'van een gedeelte des muurs van het
secreet bij de katoenweverij te hebben afgebroken'. Ze proberen
er iets tegenin te brengen, maar dat lukt niet.
Ook bij de behandeling bij de tuchtraad, hoger op dezelfde
pagina, worden hun protesten weggewuifd. Jan Smies moet twee
dagen zitten in de strafkamer van de kolonie. Het geheel staat
ook in verhaaltje nummer 4 op deze pagina.
Een van de twee oudere jongens, die als hoofddaders worden
gezien, is Lucas Krabshuis bij wie Jan Smies in huis woont.
Rogge aren
■ Een maand later, bij de raad van toezicht van Frederiksoord
van 8 augustus 1838, bijlage 1 op deze pagina,
staat Jan Smies junior met nog wat grut van elf en twaalf jaar,
terecht omdat ze 'zwarte of zoogenaamde brandkorrels' uit het
veld met rogge hebben genomen. Zulke korrels uit de rogge geven
bij lang kauwen hetzelfde gevoel in je mond als - het toen nog
niet uitgevonden - kauwgum.
Gevolg van hun actie zou zijn geweest dat 'het te veld staande
koorn is vertrapt' en schade toebrengen aan het gewas is binnen
de Maatschappij een ernstig vergrijp. Bij de raad van toezicht
betuigen de jongelui dat het erg meeviel. 'Zij brengen tot hunne
verontschuldiging in, dat zij alleenlijk door de slooten bij
langs en niet over de akkers zoude gegaan zijn.' Dat laat de
tuchtraad, hoger op die pagina, meespelen in de beoordeling. Met
het oog op 'het min beschadigde aan het koorn' komen ze er vanaf
met twee dagen strafkamer.
Grappig is dat een van de mededaders van Jan Smies de
kolonistendochter Agnes Versluis is, met wie hij twaalf jaar
later zal trouwen.
Van de dagschool
■ De adjunct-directeur voor het onderwijs onderzoekt september
1839 welke twaalfjarigen in de vrije koloniën van de
dagschool vrijgesteld kunnen worden, zodat ze voortaan overdag
kunnen werken in de katoenweverij en nog drie avonden per week
naar school gaan. In de hoofdschool van Frederiksoord beoordeelt
hij ook Jan Smies junior als voldoende gevorderd, zie deze pagina.
Verhuizing en dood vader
■ Diezelfde maand, op 21 september 1839, verlaat Jan
Smies junior zijn vader en de familie Krabshuis om op hoeve
nummer 6 te gaan wonen, bij zijn grootmoeder Levina Lamaire
weduwe Smies en inmiddels ook weduwe de Ruiter.
■ Op 20 december 1840 overlijdt zijn vader Jan Smies senior, zodat we Jan Smies junior voortaan gewoon Jan Smies kunnen noemen.
Geboortedatum
De Maatschappij weet al lang dat een kolonieadministratie die
is gebaseerd op mondelinge uitspraken van kolonisten en op
notities van notabelen in de plaatsen van herkomst
al-les-be-hal-ve deugdelijk en betrouwbaar is, en neemt daar
maatregelen tegen.
■ Op 13 januari 1843 maakt de directie een lijst van
jongeren voor wie geboorteaktes moeten worden opgevraagd, invnr
273 scan 135. Van Jan Smies is op dat moment alleen de maand van
geboorte bekend en in de kolom 'geboortedatum volgens de ouders'
(maar die zijn in Jans geval allebei al dood) moet het 9 oktober
1827 zijn. Foutje.
■ De geboorteakten in de directe omgeving worden door de
directie zelf opgevraagd. Het resultaat staat in invnr 276 scan
106. Correct wordt nu genoteerd dat Jan Smies junior is geboren
op 10 oktober 1827.
Voorwaardelijk van de avondschool
■ De opziener der scholen doet 10 maart 1845 onderzoek
bij de avondscholieren en bepaalt dat Jan Smies 'voorwaardelijk'
ontslagen wordt van de verplichting onderwijs te volgen, invnr
303 scan 702.
Militaire dienst
■ Een op 24 augustus 1846 opgestelde lijst, invnr 324 scan 425, meldt dat Jan Smies bij de loting voor de dienstplicht het nummer 11 heeft getrokken. Dat is een laag nummer, wat betekent dat hij weinig kans heeft de militaire dienst te ontlopen, en hetzelfde stuk meldt dan ook dat hij later is 'ingelijfd bij de artillerie'.
■ Volgens het stamboek gaat hij in militaire dienst op 8 mei 1847 en keert hij daarvan terug op 4 augustus 1847.
■ Hij gaat opnieuw in dienst op 13 maart 1848 en keert daarvan terug op 18 oktober 1848.
Huwelijk
■ Jan Smies trouwt op 7 november 1850 te Vledder met de
kolonistendochter Agnes Versluis en dan wordt hoeve nummer 6 van
Frederiksoord op zijn naam overgeschreven. Zijn grootmoeder
wordt als ingedeelde opgenomen in zijn huishouden tot haar dood
op 30 april 1851.
Het echtpaar Smies-Versluis heeft de kolonistenstatus te danken
aan de subcommissie van weldadigheid Amsterdam. Ze zijn
geplaatst 'uit de contributie' (zie een uitleg van dat
begrip) van die subcommissie als vervangers van de ouders van
Agnes Versluis.
Ze wonen nu dus op hoeve 6 van Frederiksoord, zie de
locatie, en ze staan op scan 8 van het stamboek 1848-1859
van Frederiksoord met invnr 1351.
Naar Wilhelminaoord
Tot 8 juli 1857, want dan wordt het gezin overgeplaatst
naar kolonie 2, Wilhelminaoord, hoeve 64a, zie de locatie op dit
kaartje.
Die overplaatsing heeft te maken met wat is aangetekend op
folio 18 van het personeelsregister met invnr 998 (daarvan zijn
geen scans). Bij besluit van 27 juni 1857 N6 (niet
gezien, maar moet in invnr 862 zitten) wordt Jan Smies
aangesteld als 'onderbaas bij de katoenweverij van kolonie 2'
tegen een loon van 7 gulden per week.
Opziener
Ze staan nu op scan 9 van het stamboek Wilhelminaoord met invnr
1357:
▪ zijn functie heet hier 'opziener der katoenweverij';
▪ hoeve 64a blijkt een foutje, want de
hoeve is in 1853 omgenummerd tot 54a, waar bij besluit van 29
oktober 1857 N1 (invnr 872) nog eens op gewezen wordt;
▪ als iemand mij kan vertellen wat er
links in de kantlijn van het stamboek bijgeschreven is, ben ik
hem of haar daar zeer dankbaar voor, want ik kan het niet lezen.
Blijkbaar gaat het opzicht over het katoenweven Jan Smies goed
af, want hij blijft dit werk heel lang doen. Hij staat met die
functie ook op folio 8 van het personeelsregister met invnr 1675
(geen scans), maar daar voor 260 gulden per jaar, dus 5 gulden
per week.
Stamboeken
De hoeve verandert nog een keer van nummer in 1865, naar 29a,
en daarna verhuizen ze naar hoeve 214, zie de
locatie, zodat ze in de stamboeken van Wilhelminaoord
staan als bewoners van:
▪ hoeve 54a in invnr 3006,
▪ hoeve 54a in invnr 3007,
▪ hoeve 29a in invnr 3008,
▪ hoeve 29a in invnr 3009,
▪ hoeve 214 in invnr 3009,
▪ hoeve 214 in invnr 3010,
▪ hoeve 214 in invnr 3011 en
▪ hoeve 214 in invnr 3012.
Daar zijn scans van, maar het is altijd wel even zoeken in die
boeken van na 1859.
Gezin
Het gezin van Jan Smies ziet er volgens de stamboeken als
volgt uit, waarbij ik ook meld hoe het volgens die boeken met
iedereen verder gaat:
● Jan Smies, gegevens zie boven, is getrouwd met:
● Agnes Versluis, geboren 9 maart 1826 te Amsterdam,
als dochter van Jan Hendrik Versluijs en Anthonija Moreu over
welk kolonistenechtpaar nog wel een keer een pagina komt. De
kinderen:
● Johanna Adriana Smies, geboren 10 juli 1851. Zij
vertrekt op 20 augustus 1864 en woont later gehuwd te Amsterdam,
● Maria Christina Smies, geboren 7 april 1853. Zij
vertrekt 8 augustus 1870 en woont later gehuwd te Nieuwendam.
● Antonia Levina Smies, geboren 16 juli 1855. Zij
vertrekt 10 juli 1870, maar keert 12 november 1870 terug, later
is zij dienstbaar te Amsterdam.
● Jan Hendrik Smies, geboren 31 oktober 1857. Hij
vertrekt op onbekende datum en is later gehuwd en politieagent
te Amsterdam.
● Anna Everdina Smies, geboren 4 mei 1860. Zij is later
dienstbaar bij de directeur te Frederiksoord.
● Agnes Smies, geboren 15 november 1862. Zij verttekt op
onbekende datum en woont later gehuwd te Noordwolde.
● Johannes Smies, geboren 8 maart 1865. Hij behaalt in
1890 het diploma van de bosbouwschool en gaat op 1 oktober 1890
als bosbaas naar Nieuweroord bij Heerenveen.
● Johannes Evert Smies, geboren 28 september 1867
Hij trouwt 6 april 1895 met een kolonistendochter en vertrekt
daarop met zijn vrouw naar Velp.
Tot slot
Jan Smies moet 5 februari 1892 zijn werk in de
katoenweverij opgeven en overlijdt op 31 december 1893.
Zijn weduwe Agnes Versluis vertrekt van de kolonie op 4 mei
1895, vermoedelijk naar een van de kinderen, en dan zijn
volgens mij alle 'Smiezen' van de kolonie verdwenen.