Naar het overzicht van de BRONNEN
Uit een besluit van de permanente commissie, pagina 49
Het besluit de functie wijkmeester in te stellen is van 29
september 1820 en bevindt zich in invnr 960. Zie de volledige
tekst:
http://www.schackmann.nl/proefkolonie/Besluiten/1820_09_29Wijkmeesters.html
De duvel is niet in staat order te houden onder zulk een boel,
pagina 49
Het verhaal over het bevolken van Willemsoord is beschreven in het
boek Vrij in de kolonie ISBN 978-90-825423-0-1. De
gegevens komen binnenkort op de site.
Hij komt dus niet waar hij wezen moet, pagina 52
De wijkmeester die niet komt waar hij wezen moet, heet Stokheimer.
Over de twee Stokheimers op de kolonie maak ik nog een pagina op
de site. Je kunt checken of die informatie al opgenomen is op de
alfabetische lijst:
http://www.schackmann.nl/proefkolonie/indexlater.html
Johannes van den Bosch haalt wijkmeesters uit de omgeving:
wijkmeester Jan van Buiten komt bijvoorbeeld uit Steenwijkerwold,
wijkmeester Ale Jans Keizer komt uit Vledder. Van wat verder weg,
Oosterhesselen (ligt tussen Hoogeveen en Emmen), komt wijkmeester
Willem Klaassen.
De woorden 'stinkende boer' worden gebruikt door de kolonist Hill
tegen de wijkmeester Jan van Agteren. Het wordt geciteerd in de
zitting van de raad van politie en tucht van 2 augustus 1843,
invnr 1616. Het verslag van die zitting komt nog een keer op de
site. Je kunt hier checken of het er al staat:
http://www.schackmann.nl/proefkolonie/Tucht/1VK/0000VK.html
Het gebruikte voorbeeld van 'allen tegen één' betreft de Utrechtse
kolonist Abraham Koenrades of Coenrades. Het komt ter sprake
tijden een zitting van de raad van politie en tucht op 16
september 1826, invnr 1615, waar Coenrades wordt vrijgepleit door
medekolonisten Cornelis van Ham en XX Dornbacht. Lees hier het
zittingsverslag:
http://www.schackmann.nl/proefkolonie/Tucht/1VK/1826VK/18260916bVK.html
Het verhaal over de kolonist die tegen zijn zoontje pocht over
zijn optreden tegen de wijkmeester, betreft kolonist Schnoor en
wijkmeester Van Heest. Het komt aan de orde bij de raad van
politie en tucht van 3 december 1831, invnr 1615. Zie het
zittingsverslag:
file:///C:/Tekst%20Homepage%20Wil/proefkolonie/Tucht/1VK/1831VK/18311203VK.html
Het citaat van de onderdirecteur valt tijdens de raad van toezicht
van Frederiksoord van 17 augustus 1837, invnr 1615. Het verslag
van die zitting komt nog een keer op de site. Je kunt hier checken
of het er al staat:
http://www.schackmann.nl/proefkolonie/Tucht/1VK/0000VK.html
Niet vermeld in het boek, maar ook een mooi conflict is tussen de
jonge wijkmeester Abraham van Anker en de twee keer zo oude
kolonist Johannes Hendrik Nieuwenhuis. Zie bijlage 2 van de
tuchtraad:
http://www.schackmann.nl/proefkolonie/Tucht/1VK/1832VK/18321008VK.html
Het is nog niet in het vaatje waarin het zuren zal, pagina 54
Hety verhaal over de kluiten door de schoorsteen; komt uit de
raadzittings van 1 december 1832, invnr 1615. Zie het
zittingsverslag:
http://www.schackmann.nl/proefkolonie/Tucht/1VK/1832VK/18321201VK.html
Alle stukken over Christiaan Adrianus Koppe zijn te bereiken via
deze pagina:
http://www.schackmann.nl/proefkolonie/Personen/Koppe.html
De zitting van de raad van politie en tucht dat hij meer
menschkundig moet zijn is op 1 mei 1830. Zijn tegenspeler is de
Amsterdamse kolonist Gerrit Walters. Zie het zittingsverslag:
http://www.schackmann.nl/proefkolonie/Tucht/1VK/1830VK/18300501VK.html
Het verhaal over neuzen tegen elkaar wrijven komt aan de orde bij
de kleine raad van 25 oktober 1828, waarna de kleine raad een
commissie vormt die op 28 oktober de kwestie onderzoekt:
http://www.schackmann.nl/proefkolonie/KleineRaad/182810kr.html
De zaak van Johannes van Borsum wordt behandeld bij de raad van
politie en tucht van 26 oktober 1827, invnr 1615. Na te lezen in
het zittingsverslag:
http://www.schackmann.nl/proefkolonie/Tucht/1VK/1827VK/18271026VK.html
Waarom de fabrijkbaas alle geloof verdient, pagina 56
Zwangere weduwe numer drie is Johanna Klinkenberg, weduwe
Midderhof, zwanger van Arent Jansen. Zitting raad van politie en
tucht van 23 juni 1827, invnr 1615, zie het verslag:
http://www.schackmann.nl/proefkolonie/Tucht/1VK/1827VK/18270623VK.html
De zwangerschap van Niesje Blokkers weduwe Molenbroek is
veroorzaakt door Abraham van Anker van der Linden, tuchtzaak
18-04-1829, zie:
http://www.schackmann.nl/proefkolonie/Tucht/1VK/1829VK/18290418VK.html
Dan is het net of de duivel los is, pagina 58
De hele affaire Schnell komt op een aparte pagina op de site.
Genoegelijke en nuttige lange winteravonden, pagina 60
Een overzicht van materiaal over het onderwijs staat op
http://www.schackmann.nl/proefkolonie/Onderwijs/index.html
Daarbij staat ook de 'Verordeningen nopens het schoolonderwijs'
van 18 december 1827, invnr 965 en invnr 988:
http://www.schackmann.nl/proefkolonie/Onderwijs/1827Onderwijsbesluit.html
Door goed gedrag zich waardig betoont terug te keren, pagina 62
Zie als voorbeeld van zo'n gezamenlijke operatie van Johannes en
Jeremias Faber van Riemsdijk de besluiten uit september 1825:
http://www.schackmann.nl/proefkolonie/Besluiten/1825_09_10Divers.html
Eene maatschappij van onGodisten, pagina 64
De opmerkingen van Van Lennep komen uit Jacob van Lennep, Nederland
in den goeden ouden tijd, zijnde het dagboek van hunne reis te
voet, per trekschuit en per diligence van Jacob van Lennep en
zijn vriend Dirk van Hogendorp door de Noord-Nederlandsche
provinciën in den jaren 1823, verzorgd door M.E.Kluit,
Utrecht 1842.
De reisaantekeningen van Dirk van Hogendorp zijn bij mijn weten
niet op papier verschenen, ik heb ze van de site http://www.negentiende-eeuw.nl/
maar ik weet niet of ze daar nog op staan.
Over de bouw van kerken te Veenhuizen zie De kinderkolonie.
Over de 'middelen tot Godsdienstige verlichting in de koloniën'
gaat bijvoorbeeld de Star april 1826 pagina 281 en verder.
Het citaat over het 'Godonteerend vloeken' komt van dominee Amshof
van de Ommerschans, in de Star van september 1826, bijlage
nummer 11 bij het jaarverslag.
Het besluit de winkels op zondag dicht te doen, wordt genomen in
de kleine raad van 28 januari 1826, zie puntje 10 van die
bijeenkomst:
http://www.schackmann.nl/proefkolonie/KleineRaad/182601kr.html
Het verschil is zoo hevig, dat er levensgevaar bestaat, pagina
66
De wees die het bij het katholieke gezin 'niet meer kon houden',
is Jan Vermeulen die zijn beklag komt doen bij de kleine raad van
17 november 1827. Zie het verslag van die bijeenkomst:
http://www.schackmann.nl/proefkolonie/KleineRaad/182711kr.html
Het Workumse gezin waar het zo hoog oploopt is dat van Hendrik
Jans Duiker, Materiaal over dat conflict:
- brief van de directeur op 26 maart 1834, nvnr 146 scan 592.
- besluit (om zich er niet mee te bemoeien) van de permanente
commissie 18 april 1834 N14, invnr 423.
Dat de man later als 'Hervormd' weer bij zijn gezin woont, blijkt
uit bijvoorbeeld invnr 1349, folio 92. hoeve 91 .
Mijn wees, pagina 67
Er wordt diverse keren een ‘tableau wegens de meest gepaste wijze
van indeeling der weezen’ gemaakt. De tableaus zelf zijn niet
bewaard gebleven, maar de vermeldingen ervan in de kleine raad
wel, zie diverse zittingen van die kleine raad:
http://www.schackmann.nl/proefkolonie/KleineRaad/index.html
Zie ook de opmerkingen erover in het reglement van 1825:
http://www.schackmann.nl/proefkolonie/Tucht/Reglementen2.html
De huisverzorger die klaagt over het bij hem ingedeelde meisje is
Bartelt Tent bij de kleine raad van 28 januari 1826. Het meisje is
Hendrika Susanna Haas. Zie puntje 3 van de raadzitting:
http://www.schackmann.nl/proefkolonie/KleineRaad/182601kr.html
De laatste kwestie betreft de weduwe Verberne en de ingedeelde
wees David Schouten. Zie puntje 5 van de kleine raad van 29 april
1826:
http://www.schackmann.nl/proefkolonie/KleineRaad/182604kr.html
Het laatste bord aan stukken, pagina 69
Mishandeling door hare stiefmoeder bijvoorbeeld bij de raad van
politie en tucht van 17 december 1836 met de bijbehorende raad van
toezicht van Frederiksoord van 16 december 1836, kolonistendochter
Maaijke Kooistra, invnr 1615.
Kwestie Meindert van der Poort en stiefzoon Jan Pieters Bakker:
- kleine raad van 27 mei 1826. Deze en volgende allemaal invnr
1624. Zie het zittingverslag:
http://www.schackmann.nl/proefkolonie/KleineRaad/182605kr.html
- kleine raad 17 juni 1826, dochter buiten de vuurlinie brengen:
http://www.schackmann.nl/proefkolonie/KleineRaad/182606kr.html
- kleine raad 8 juli 1826, poging Jan Pieters weg te werken:
http://www.schackmann.nl/proefkolonie/KleineRaad/182607kr.html
- kleine raad van 12 augustus 1826, vraag om uithuisplaatsing:
http://www.schackmann.nl/proefkolonie/KleineRaad/182608kr.html
- kleine raad van 30 september 1826, moeder trekt het ook niet
meer:
http://www.schackmann.nl/proefkolonie/KleineRaad/182609kr.html
- raad van Politie en tucht van 21 oktober 1826, het is uit de
hand gelopen:
http://www.schackmann.nl/proefkolonie/Tucht/1VK/1826VK/18261021VK.html
Het stel dat op de wagen ruzie heeft is Wilhelmus Johannes
Geertsema en echtgenote Katharina Cesar. Het komt aan de orde bij
de kleine raad van 4 oktober 1828:
http://www.schackmann.nl/proefkolonie/KleineRaad/182810kr.html
En krijgt een vervolg bij de kleine raad van 27 december 1828:
http://www.schackmann.nl/proefkolonie/KleineRaad/182812kr.html
Toestemming een huwelijk aan te gaan, pagina 71
De vijfenveertigjarige Rotterdammer die wil trouwen is Dirk van
Jeveren, zijn bruid is Hendrika Christina Stahl. Het wordt
behandeld bij de kleine raad van 28 januari 1826:
http://www.schackmann.nl/proefkolonie/KleineRaad/182601kr.html
Willem Kuiters wil trouwen met Catharina Wiebes, dochter van den
kolonist Wiebes, naast hem wonende. NB: Zij heet eigenlijk
Catharina Miks! Zij is een voorkind van vrouw Wiebes. Behandeling
bij de kleine raad van 4 maart 1826:
http://www.schackmann.nl/proefkolonie/KleineRaad/182603kr.html
Zie over jongemannen die met oudere weduwes trouwen deze pagina op
de site:
http://www.schackmann.nl/proefkolonie/Archief/1825GewildeWeduwen.html
Dat men het huwelijk is vooruitgeloopen, pagina 73
Het afgeserveerde stel met een huwelijks wens bestaat uit
kolonistenzoon Cornelis van den Bosch en Christina
Schnijder. Stukken daarover:
- 20 juli 1835 Brief van Burgemeester en Wethouders der stad
Dordrecht aan de permanente commissie over het verzoek van
Cornelis van den Bosch om te mogen trouwen, invnr 161 scans
383-364.
- Besluit van de permanente commissie 3 augusus 1835 N7 de brief
door te sturen naar de directeur, invnr 439.
- 8 augustus 1835 Brief van de directeur met een negatief advies,
invnr 162 scan 131.
- Besluit permanente commissie 24 augustus 1835 N26, invnr 439
NB: Later zal het stel toch trouwen.
Een stel dat 'een goed huisgezin uit kan maken' is Samuel de Lange
en de weduwe Zuidhoorn. Zie de kleine raad van 1 oktober 1831:
http://www.schackmann.nl/proefkolonie/KleineRaad/183110kr.html
Een stel waarbij 'het van belang is, dat er een vrouw in dit
huisgezin is', is de weduwnaar van Klooster met drie kinderen en
Maria Westhoff, dochter van de kolonist Westhoff. Zie de kleine
raad van 28 juni 1834:
http://www.schackmann.nl/proefkolonie/KleineRaad/183406kr.html
De zaalopziener Nieuwenhuis wil een tweede huwelijk aangaan met
'Johanna dogter van den veteraan J.J.Tetlar'. Het citaat dat het
voor een zaalopziener beter is getrouwd te zijn, komt uit een
brief van directeur Wouter Visser (N140A) aan de permanente
commissie invnr 96 scans 046-048.
Het verzoek van Adrianus Kranendonk komt aan de orde bij de kleine
raad van 5 mei 1827. Zoals daar te lezen bemoeit Johannes van den
Bosch zich er ook nog mee:
http://www.schackmann.nl/proefkolonie/KleineRaad/182705kr.html
De andere hier genoemde kolonist is Kooistra die trouwt met 'eene
weduwe Van IJsveen' (= Eesveen) Jantje Lebbers Groen weduwe Posma.
Behandeling bij de kleine raad van 22 oktober 1831:
http://www.schackmann.nl/proefkolonie/KleineRaad/183110kr.html
De doofstomme bedelaar is Johannes Ham, zijn beoogd
huwelijkspartner Maria Hendrika Nederhoed. De stukken hierover:
- 20 februari 1830 brief ministerie van Binnenlandse Zaken
hierover, invnr 102 scans 397-398.
- 18 oktober 1834 Rapportage directeur Van Konijnenburg over
ontslagverzoeken van bedelaars, onder puntje 14, invnr 152 scan
203 ev.
- 10 november 1834 Permanente commissie stuurt die rapportage door
naar het ministerie van Binnenlandse Zaken, 10 november 1834 N6
invnr 430
- 2 januari 1835 Ministerie van Binnenlandse Zaken komt er op
terug
- 8 januari 1835 Permanente commissie stuurt Van Konijnenburg weer
op onderzoek uit, 8 januari 1835 N1 invnr 432
- 26 januari 1835 Van Konijnenburg rapporteert
- 14 februari 1835 Permanente commissie stuurt rapportage door
naar ministerie BZ, 14 februari 1835 N2 invnr 433.
Huttendorpen, pagina 75
Volgt...