Naar het overzicht
van stukken over SUBCOMMISSIES




Eerste reacties op de oproep een subcommissie op te richten

Uit het brievenboek van de permanente commissie, invnr 18, blijkt dat vanaf 17 juli 1818 steden reageren op de oproep om een subcommissie op te richten. Uit hun reacties blijkt dat de circulaire met die oproep op 7 juli 1818 is verzonden. De eerste steden die melden dat ze een subcommissie hebben, met vaak vermelding wie daar zitting in hebben, zijn:

17 juli: Hasselt, Groningen, Lochem, Me­dem­blik, BergopZoom, Schoonhoven, Delft.
18 juli: Weesp, Sloten, Haarlem, Utrecht, Brielle, Sneek, IJlst, Stavoren en Wijck bij Duurstede.
19 juli: Enkhuizen, Hoorn, Tilburg.
20 juli: Harlingen, Koevorden, 's Hage, 's Hertogenbosch, Middelburg.
21 juli: Leeuwarden, Grave.
22 juli: Zaandam, Goes, Axel, Zierikzee, Arn­hem, Heusden, Amers­foort.
23 juli: Gouda, Zwol en Eindhoven, Gorin­chem.
24 juli: Hulst, Woerden, Dordrecht, Zaltbom­mel, Doesburg, Tiel, Schie­dam, Dokkum, Rotterdam, Maassluis, Breda, Zutphen, Tho­len, Edam, Leyden, Nijmegen, Amsterdam, Assen, Kampen, Bolsward en Geertrui­den­berg.
25 juli: Franeker.
27 juli: Almelo, Elburg.