Naar het overzicht
van stukken over SUBCOMMISSIES




De subcommissie van weldadigheid te Purmerend




Mei 1819

Op 22 mei 1819 constateert de permanente commissie dat er 22 subcommissies zijn die hun afrekening over het jaar 1818 nog niet hebben ingeleverd en die daarom aangemaand moeten worden:
Alkmaar, Almelo, Meppel, Axel, Breda, Harderwijk, Groningen, Heerenveen, Kampen, Leeuwarden, Montfoort, Naarden, Purmerend, Rhenen, Schoonhoven, Sloten, Sneek, Tilburg, Willemstad, Winschoten, Zutphen, Zierikzee

December 1825

Blijkbaar noet de nabijgelegen subcommissie Beemster op een gegeven moment samenwerken met de subcommissie Purmerend, want op 3 december 1825, invnr 76, schrijft de subcommissie van de Beemster:

Beemster, den 3 december 1852,

De subcommissie der Maatschappij van Weldadigheid in de Beemster, gaarne ontlast willende zijn van de geincasseerde gelden voor het jaar 1824, wend zich tot UWE met het berigt, dat zij dat jaar ontvangen heeft, contributien van 14 leden: f  36,40
vrijwillige giften f 92,45
tezamen f 128,85
over welke som door UWE van dezen dag af gedisponeerd kan worden.

De subcommissie van Purmerende, aan welke wij, op UWEds vroeger verzoek, jaarlijks verantwoording gedaan hebben, is door vele omstandigheden nog buiten staat geweest, den gelden over dat jaar 1824 ìn hare gemeente te doen innen.

De vrees, dat, onze verantwoording, die reeds zoo lang vertraagd is, nog wel eenigen tijd daardoor vertraagd zou kunnen worden, doet de subcommissie van de Beemster dezen weg inslaan, kunnende zij tevens berigten dat eerst daags, immers in het begin van het volgende jaar, de bijdragen over 1825 tot UWE beschikking zijn zullen.

De subcommissie van de Beemster voorn en namens dezelve
onleesbare handtekening