Naar het overzicht
van stukken over VEENHUIZEN
Veenhuizen 29 Jan 1829
WelEdelGestr: Heer!
Ik neem de vrijheid UWEDG te solliciteren om bij de Perm Komm aan
te houden, om toch ten spoedigste te voorzien in de dringenste
behoefte aan Kerk- en onderwijsboeken,
in deze Gemeente. mogt het al onmoogelijk zijn om in eens te
verschaffen wat ik als benoodigd in de Maand November des voorige
jaars heb opgegeven, er worden dan ten minste zoo veel verstrekt
dat wij de Cathechisatien en het Kerkgezang zo wat aan den gang
kunnen houden.
Meer dan de helft mijner leerlingen heeft geene vraagboeken, ik
behoef UWEDG niet te doen opmerken, dat het niet slechts
moeijelijk maar genoegzaam onmoogelijk is, om zonder boeken iets
uit te voeren met een volkje zo het mijne, quantitave en
qualitativo bij UWEDG volkomen bekend.
Onderstelde ik niet dat de Perm Komm de boeken beter koop in
Holland kon aankopen dan gaf ik UWEDG in bedenking, of de
vraagboeken niet van de Heer Oomkens te Groningen, bij wien
dezelve toch gedeeltelijk zijn uitgegeven, en die ze voorheen
geleverd heeft, ontboden zouden kunnen worden.-
Ik zoude dit te eerder in overweging geven om dat die
boekhandelaar, na één langdurig krediet verleend te hebben, van
alle Leveranciën aan de Koloniën is beroofd geworden, doch ik
twijfel niet of de Perm Komm zal de boeken in Holland, behalve de
te Groningen uitgekomene, met meerder voordeel kunnen aankopen:
waarom ik dan die zaak verder onaangeroerd laat, allenlijk nog
eens verzoekende dat er toch zoo spoedig mogelijk in de dringenste
behoefte voorzien worde.
WelEdeleGestrenge Heer
UWEDGestr: geh. Dienaar
Get. (J. H. Heerspink)