Naar het overzicht
van Veenhuizense weeskinderen



De directeur rapporteert februari 1833 of de kinderen die nog een winter in het gesticht bleven al vertrokken zijn

Als kinderen er na hun ontslag niet in geslaagd zijn een baan te vinden en vragen of ze nog een winter mogen blijven (zie hier bijvoorbeeld), is dat verblijf op kosten van de permanente commissie. Die begint dan al vroeg in het volgende jaar te informeren of ze al weg zijn. Onderstaande brief van de directeur is gedateerd 23 februari 1833, met nummer N348, invnr 133:

Frederiksoord, den 23 Februarij 1833

In voldoening aan UWEdG. missive van 15 dezer maand N. 23, heb ik de eer UWEdG. te berigten

dat Anna Oostermans, uit hoofde van een ongemak aan het been, niet eerder heeft kunnen vertrekken, doch thans in zoo verre hersteld is, dat zij met half Maart de reis zal kunnen aannemen, tegen welk tijdstip hare zuster voor haar eene dienst zal opsporen;-

dat Antje Koch nog geen uitzigt heeft op eene dienst of plaatsing, maar hiertoe ernstig werkzaam is, na slaging waarin men haar terstond zal laten vertrekken.

Eindelijk heb ik zelf vergeten gevolg te geven aan het ontslag van Marijke Bruins, dewelke echter, volgens bekomen aanschrijving, tot het voorjaar had kunnen blijven.-
Zij is, intusschen, voor lang met verlof naar Groningen vertrokken en hare afrekening met den ontslag-brief zal haar thans worden toegezonden.

De Direkteur der Koloniën
J. van Konijnenburg

Bijgeschreven met potlood: No. 366 ontbreekt

Uit de brief wordt geciteerd op pagina 245 en pagina 284 van De kinderkolonie. Helaas noemt de directeur de weesnummers niet, maar met even zoeken valt wel te achterhalen wie hij bedoelt. Achtereenvolgens:

Anna Oosterman (en broers en zus)

Er zijn op 27 november 1824 vier kinderen Oosterman in het kindergesticht aangekomen. Hun aankomst wordt genoemd op pagina's 73-74 van De kinderkolonie. Alle vier gezonden door de ‘weezenvaderen van Wormer en Engewormer’, alle vier van de roomse godsdienst:

● Hillebrand Oosterman is de jongste. Hij staat met het weesnummer 763 in het register van het eerste gesticht met invnr 1571 (zie op deze pagina hoe de scans van de wezenregisters te bereiken). Volgens die inschrijving is hij geboren op 25 november 1816 en dus bij aankomst net nog geen acht jaar oud. Hij zal Veenhuizen niet overleven, hij overlijdt op 14 november 1826.

● Otto Oosterman is de oudste. Hij staat met het weesnummer 761 in het register van het eerste gesticht met invnr 1571. Volgens die inschrijving is hij geboren op 19 juni 1806 en bij aankomst dus achttien jaar. Hij Hij heeft volgens Wormer 'wel eens ongemak aan de benen'. Otto Oosterman verlaat Veenhuizen met ontslag op de gebruikelijke leeftijd op 30 september 1827.

Dan zijn er nog twee zusjes en zo te zien haalt de directeur hun namen door elkaar:

● Anna Oosterman staat met het weesnummer 758 in het register van het eerste gesticht met invnr 1571, in het wezenregister 1829-1830 met invnr 1410 en in het wezenregister 1831-1834 met invnr 1411. Volgens die inschrijving is zij geboren op 18 februari 1811 en bij aankomst dus dertien jaar. Zij heeft Veenhuizen met ontslag verlaten op 26 juni 1831 en zij (en niet Johanna zoals de directeur schrijft) is dus de oudere zus die een dienstje voor haar jongere zusje zal zoeken. Ze wordt genoemd op pagina 284 van De kinderkolonie.

Johanna Oosterman staat met het weesnummer 759 in het register van het eerste gesticht met invnr 1571, in het wezenregister 1829-1830 met invnr 1410 en in het wezenregister 1831-1834 met invnr 1411. Volgens die inschrijving is zij geboren op 8 mei 1812 en bij aankomst dus twaalf jaar oud. De voorspelling van de directeur komt uit en zij verlaat Veenhuizen met ontslag op 28 maart 1833. Ze wordt genoemd op pagina 284 van De kinderkolonie.

Antje Koch

Antje Koch staat met het weesnummer 712 in het register van het eerste gesticht met invnr 1571, in het wezenregister 1829-1830 met invnr 1410 en in het wezenregister 1831-1834 met invnr 1411. Volgens die inschrijving is zij geboren op 26 december 1811 en afkomstig uit Amsterdam, dat haar op 23 september 1824 het kindergesticht heeft binnengebracht.
Het 'ernstig werkzaam' zijn om een baan te vinden heeft blijkbaar al tot resultaat geleid voordat de directeur deze brief schreef, want als ontslagdatum uit Veenhuizen staat genoteerd 20 februari 1833.

Marijke Bruins

Marijke Bruins staat als Anna Marijke Bruins met weesnummer 61 in het wezenregister 1829-1830 met invnr 1410 en in het wezenregister 1831-1834 met invnr 1411. Volgens die inschrijving is zij geboren op 26 december 1811, van de roomse godsdienst en afkomstig uit Groningen, dat haar op 29 september 1829 het kindergesticht heeft binnengebracht.
Uit de brief van de directeur kan worden opgemaakt dat ze al langer weg is, maar als officiële datum dat ze met ontslag Veenhuizen verlaat is genoteerd 20 februari 1833.

Uit het potloodbijschrift op de brief zou afgeleid kunnen worden dat ook gevraagd was of weesnummer 366 al weg is, maar dat slaat nergens op, want die, Wilhelmina Souverijn, is nog te jong om met ontslag te gaan:

Wilhelmina Souverijn

Wilhelmina Souverijn staat met het weesnummer 366 in het register van het eerste gesticht met invnr 1571, in het wezenregister 1829-1830 met invnr 1410, in het wezenregister 1831-1834 met invnr 1411 en in het wezenregister 1835-en-verder met invnr 1412. Volgens die inschrijving is zij geboren in maart 1814 en zou ze dus pas vanaf 1834 met ontslag kunnen.
Ze komt uit Amsterdam, dat haar op 3 september 1824 het kindergesticht heeft binnengebracht. Ze zal Veenhuizen met ontslag verlaten op 9 april 1835.