Naar het overzicht
van Veenhuizense weeskinderen



Het gevorderde bewijs van toestemming hunner besteders ontbreekt bij twee weesjongens die vrijwillig in militaire dienst willen

Onderstaande brief van de directeur der koloniën is gedateerd 26 februari 1833, heeft nummer N376 en bevindt zich in invnr 133.

Frederiksoord, den 26 Februarij 1833

Van de jongelingen uit de Weezen gestichten, die zich bij den aanvang dezes jaars Vrijwillig voor den Militaire dienst hebben aangegeven zijn:

Cornelis Rommelse N. 1036 en

Hendrik Wijnders N. 1654,

gelijk UWEdg. toen reeds is opgegeven, niet in het bezit van het gevorderde bewijs van toestemming hunner besteders, terwijl zij, overigens, alle vereischten schijnen te hebben en voor den Heer Provincialen Kommandant van Groningen en Drenthe zijn opgeroepen geworden, om finaal voor de dienst te worden gekeurd.

Ik neem de vrijheid UWEdg. alzoo te verzoeken de gevorderde bewijzen zoo mogelijk te willen bezorgen.

De Directeur der koloniën
J. van Konijnenburg

De permanente commissie heeft bij beide jongens de geboortedatum genoteerd en merkt bij Hendrik Wijnders op 'niet noodig'. Hij wordt binnenkort twintig jaar en dan schijnt de toestemming niet vereist. De betreffende jongens:

Cornelis Rommelse

De gegevens van Cornelis Rommelse staan onder de tuchtzitting van 8 december 1832.

Hendrik Wijnders

Hendrik Wijnders staat met het weesnummer 1654 in het register van het derde gesticht met invnr 1572, in het wezenregister 1829-1830 met invnr 1410 en in het wezenregister 1831-1834 met invnr 1411 (zie op deze pagina hoe de scans van deze registers te bereiken zijn).
Volgens die inschrijving is hij geboren op 16 april 1813, hervormd en afkomstig uit Haarlem, dat hem op 19 september 1825, twaalf jaar oud, het kindergesticht heeft binnengebracht.
Hij verlaat Veenhuizen twee maanden na bovenstaande brief met ontslag op 12 april 1833, maar daarbij is niet aangetekend of hij in militaire dienst is gegaan of niet.